De Commissie Werkgelegenheid en Sociale Zaken in het Europees Parlement heeft vandaag een ambitieuze herziening goedgekeurd van de asbestrichtlijn uit 2009. Cindy Franssen: “De versnelde omslag naar een klimaatneutrale economie, met een bijhorende renovatiegolf, moet gepaard gaan met een verscherpte aandacht voor de gezondheid van werknemers. Daarom is het belangrijk dat het Europees Parlement een asbestblootstellingswaarde voor werknemers heeft goedgekeurd die 100 keer lager ligt dan de huidige limiet.”
De Europese Commissie lanceerde in september 2022 een voorstel voor de herziening van de asbestrichtlijn. Dat kwam er op vraag van het Europees Parlement, dat een prioriteit heeft gemaakt van de strijd tegen kanker en kankerverwekkende stoffen op de werkvloer.
Cindy Franssen, die als schaduw-rapporteur namens de Europese Volkspartij de onderhandelingen voerde: “Om tegemoet te komen aan de stijgende energie-uitgaven en om de klimaatdoelstellingen te bereiken, zetten we meer dan ooit in op de renovatie van gebouwen. In een groot deel van die gebouwen is echter nog asbest aanwezig. Indien deze onzichtbare killer niet veilig wordt verwijderd, kan er de komende jaren ontzettend veel asbeststof vrijkomen in de lucht. Daardoor kan het aantal asbestgevallen en ziekten nog verder toenemen”.
Het vandaag goedgekeurde onderhandelingsmandaat voorziet in heel wat maatregelen die de bescherming voor werknemers tegen blootstelling aan asbest gevoelig verhogen.
Zo werd een akkoord bereikt over een tweetrapsmodel.
Hierdoor wordt het mogelijk om op heel korte termijn de blootstelling drastisch te verlagen. Daarnaast biedt deze aanpak de mogelijkheid om op een realistische manier naar de nieuwe veilige limietwaarde te gaan.
In een eerste fase gaat de limietwaarde van 100.000 vezels (per kubieke meter lucht) naar 10.000 vezels. In een tweede fase wordt de waarde verder verlaagd naar 1.000 vezels. De lidstaten krijgen vier jaar de tijd om aan de norm van 1.000 vezels te voldoen. In die periode moet ook de nieuwe meetmethode, die waardes lager dan 10.000 vezels kan meten, worden uitgerold.
Er wordt ook ingezet op de Europese harmonisering inzake de opleiding van werknemers en extra beschermende maatregelen, zoals arbeidshygiëne en decontaminatieprocedures. Tevens is voorzien in een verplichte asbestscreening bij renovatie en een verbod op inkapseling van asbest in gebouwen, als verwijdering technisch mogelijk is. Ten slotte moeten de verschillende overheden alle beschikbare informatie over de aanwezigheid van asbest in gebouwen delen met de hulpdiensten.
Cindy Franssen: “In 2019 overleden in de Europese Unie meer dan 70.000 mensen aan de gevolgen van blootstelling aan asbest op het werk. Dat is een hallucinant cijfer. Het vandaag gestemde mandaat van het Parlement ligt grotendeels in lijn met het rapport uit 2021. Het is duidelijk dat we zo snel mogelijk en zo ambitieus mogelijk de huidige asbestwetgeving moeten aanpakken. Ik ben tevreden dat de sociale partners een cruciale rol krijgen om een succesvolle implementatie van deze ambitieuze regelgeving te garanderen. Indien we, in het belang van de veiligheid van de werknemers, de werkgevers, KMO’s en mirco-ondernemingen mee willen in deze noodzakelijke transitie, dan lijkt het ons ook aangewezen dat de Europese fondsen hiervoor beschikbaar worden gesteld. Dat is zeker in het belang van de veiligheid van de werknemers. Zo niet riskeren we dat de nieuwe richtlijn dode letter blijft. Ik roep de lidstaten dan ook op om constructief mee te werken om de bescherming te verbeteren van de tussen 4 en 7 miljoen werknemers die dagelijks worden blootgesteld aan asbest.”
Volgende stappen
Het dossier zal in mei gestemd worden in de plenaire vergadering, waarna de onderhandelingen met de lidstaten zullen starten. Van zodra de richtlijn kan worden goedgekeurd, hebben de lidstaten twee jaar tijd om deze in nationaal recht om te zetten.
De Europese Commissie zal later dit jaar met voorstellen komen om tegemoet te komen aan andere belangrijke eisen uit het rapport van 2021 van het Europees Parlement, zoals een asbestinventarisattest bij verkoop of verhuur van een gebouw, een betere erkenning van asbest als beroepsziekte met een omgekeerde bewijslast, een betere Europese coördinatie inzake verwerking van asbesttafval en een register van gebouwen met asbest.