Om de gevolgen van het coronavirus tegen te gaan, heeft de EU een speciaal fonds opgericht, waarvan 66 miljoen euro bestemd is voor België. Van dit bedrag gaat tweederde naar Wallonië en de Franse Gemeenschap. Genoeg voor een bepaalde Vlaamse partij om zich te onthouden bij de stemming in het Europees Parlement. Europa zou Vlaanderen benadelen, maar hoe zit het echt?
Choose your battles
Laat ons eerst de feiten op een rij zetten. Voor de Europese Unie bestaat enkel ‘België’. Dat België krijgt tweeënhalf keer meer uit dit fonds dan grote buur Nederland (25 miljoen) en anderhalf keer meer dan het vergelijkbare Zweden (46 miljoen), waar we zo graag naar opkijken. Het gros van het geld gaat naar landen als Spanje (4.1 miljard) en Italië (2.3 miljard). En terecht. Zij worden (vooralsnog) het zwaarst getroffen door de pandemie én hebben de minste budgettaire ademruimte.
Hier is nota bene geen sprake van ‘nieuwe’ middelen. Wel gaat het om eerder verdeelde, maar nog niet door de lidstaten gebruikte gelden voor ander beleid (Europees Sociaal Fonds, Regionaal Ontwikkelingsfonds, …). Nieuw is dat die ongebruikte middelen niet langer teruggestort moeten worden, maar net versneld worden doorgeschoven naar nationale Coronamaatregelen. De regionale verdeelsleutel ligt al sinds 2014 vast, en is bovendien door onze eigen Belgische overheden mee bepaald. De discussie over deze verdeelsleutel nu heropenen, zou ons voor maandenlange onderhandelingen op pad zetten, terwijl de middelen echt zo snel mogelijk naar onze coronapatiënten en de getroffen werknemers en bedrijven moeten gaan. Choose your battles, goed wetende dat bij de nakende nieuwe meerjarenbegroting, de verdeelsleutel zal herberekend worden
Een goede leerkracht kent zijn leerlingen
Het droogweg vermelden van de cijfers zijn in deze een wetenschappelijke manier van liegen. Dat de Europese Commissie net koos voor dit budgettaire manoeuvre, mag geen toeval heten. Een goede leerkracht kent zijn leerlingen. Hiermee zet de Commissie de ‘zwaktes’ om in een ‘sterkte’. Ten eerste krijgen sommige lidstaten en regio’s sowieso al relatief meer uit de Cohesiefondsen, omdat ze er meer nood aan hebben. Zo krijgt Wallonië, als minder ontwikkelde regio, meer dan Vlaanderen. Vlaanderen krijgt daarentegen bakken meer geld uit fondsen die bedoeld zijn als boost voor innovatie en investeringen, zoals Horizon2020. Daar kunnen we als innovatieve regio best wel trots op zijn. Ten tweede zijn sommige lidstaten en regio’s ook slechter in het opnemen van al die fondsen (waaronder niet toevallig Spanje en Italië). Dat verklaart waarom Spanje (4.1 miljard) en Italië (2.3 miljard) veel meer krijgen dan België (66 miljoen) uit dit nieuwe fonds.
Bovendien gaat het hier om slechts een van de vele Europese steunmaatregelen. Van 8 miljard euro voor kmo’s uit de Europese Investeringsbank tot 179 miljoen voor werknemers uit het Europees Globaliseringsfonds, flexibelere staatssteunregels en een resem maatregelen van de Europese Centrale Bank om de economie overeind te houden. Welke regio zal daar het meest van profiteren? We staren met oogkleppen op naar één deel, maar zijn blind voor het geheel. Trouwens, terwijl de regio’s met het grootste aandeel van het Europese geld gaan lopen, is het de federale overheid die de duurste maatregelen draagt. Van tijdelijke werkloosheid tot de ondersteuning van ondernemingen. Op een stuk van de koek moet niet gerekend worden, maar bij hen geen geklaag. Er zijn andere prioriteiten.
'Coronationalisme'
Tot slot heeft de Europese Unie – tegen de publieke verwachting in – geen Zwitserse kluizen vol ongebruikt geld achter de hand. Ook in betere tijden passen nationale regeringen namelijk liever voor Europese solidariteit – zeker waar nationalisten en populisten mee aan de knoppen zitten. Middelen en macht worden dicht tegen de borst gehouden. Wanneer in moeilijkere tijden extra Europese inspanningen nodig zijn, kan de EU enkel gebruikmaken van het gekregen gereedschap. Bestaande potjes worden opengetrokken en doorgeschoven. Dat zorgt voor enige verlichting, maar is ook onderworpen aan menig beperking.
Dat een Vlaamse partij zich nagenoeg als enige (!) onthield bij de stemming over 37 miljard euro noodsteun voor heel Europa omwille van een paar miljoen 'te veel' voor een andere regio in hetzelfde land, roept verontwaardiging op en is wraakroepend. Nu is geen tijd voor ‘coronationalisme’, zoals Professor Van Hecke het recentelijk omschreef. Laat ons nu geen maanden discussiëren over een andere verdeelsleutel, maar kijken hoe we elke euro zo snel mogelijk kunnen inzetten voor wie het meest onder druk staat. De Europese burgers rekenen op ons!
Dit opiniestuk verscheen op 28 maart 2020 online op DeMorgen: https://www.demorgen.be/nieuws/geen-oogkleppen-bij-verdeling-europees-coronageld