Menu
Statement over Matic-verslag

Statement over Matic-verslag

- Brussel
Volksgezondheid
3 min. leestijd

Vrouwenrechten en gender gerelateerde rechten staan zwaar onder druk. Wereldwijd zien we vaker het gebruik van verkrachting als oorlogswapen, maar ook in de Europese Unie loopt het mis. Bulgarije, Tsjechië, Hongarije, Letland, Litouwen en Slowakije ondermijnen de strijd tegen gender gerelateerd geweld door hun uitstel of weigering om de Istanbul Conventie te ratificeren. Sommige lidstaten stellen fundamentele rechten in vraag, erkennen de loonkloof niet of willen zelfs niet spreken over gender. Vorige week nog kwam Hongarije een verbod aan op holebi’s op tv, vorig jaar verbood Polen abortus zelfs wanneer het ongeboren kind niet levensvatbaar is of bij vaststelling van ernstige afwijkingen, wat tot gevaarlijke clandestiene abortussen leidt.

Tegen deze politieke achtergrond stemt het Europees Parlement op 24 juni over het 'MATIC-verslag over de situatie van de seksuele en reproductieve gezondheid en rechten in de EU'. Het is een INI-rapport, een niet-bindend verslag op initiatief van het Europees Parlement. Het rapport behandelt seksuele en reproductieve rechten in een breed kader en focust terecht op onder meer vruchtbaarheidsbehandelingen, betere kraamzorg, veilige menstruatieproducten, goede seksuele voorlichting, een voorwaardelijke, maar ook een veilige toegang tot abortushulpverlening, de strijd voor gendergelijkheid en de strijd tegen gender gerelateerd geweld, waaronder genitale verminking. Deze delen van het rapport en de oproep tot waardigheid voor vrouwen kunnen op onze steun rekenen.

De laatste weken vond er nogal wat framing plaats rond dit rapport, vooral op sociale media. Verschillende passages die in de framing werden aangehaald:

·             "De gewetensclausule wordt overboord gegooid": dit is niet juist. Artikel 36 stelt letterlijk ‘erkent dat individuele medische beroepsbeoefenaars om persoonlijke redenen een beroep kunnen doen op een gewetensclausule; dat komt overeen met de visie van CD&V.

·             "Beroepsverbod voor zorgverstrekkers die in eer en geweten niet aan abortus meewerken": dit staat nergens in de tekst zou ook niet kunnen binnen een niet bindend INI-rapport.

·             "Gewetensbezwaar is de ontzegging van medische zorg": dat staat niet in het rapport zelf, maar in de verklaring van de auteur. Over dit soort verklaringen kan niet gestemd worden, de inhoud hiervan wordt enkel en alleen samengesteld door de verantwoordelijke rapporteur. In diezelfde verklaring erkent de auteur dat "het recht van zogenaamde gewetensbezwaren, ook wordt erkend door VN-instrumenten en het Europees Verdrag voor de rechten van de mens."

·             "Abortus is een mensenrecht". Dat stelt het rapport niet, er wordt wel een link gemaakt met mensenrechten wanneer het gaat over seksuele en reproductieve gezondheid. Ook wordt veilige en legale toegang tot abortus in verband gebracht met het recht op toegang tot gezondheid. Abortus op zich wordt niet opgevat als een mensenrecht.

Een gematigde politiek voert zware morele discussies als deze op een serene manier. Er wordt in dit rapport nergens geijverd voor Europese verplichtingen rond abortus, dat zou ook buiten de Europese bevoegdheden vallen. Het rapport laat daarentegen een ruime beoordelingsmarge voor lidstaten.

Toch heeft ook de rapporteur van de tekst met zijn verklaring zelf een verkeerde framing uitgelokt. Zijn eigen rapport erkent de gewetensclausule, maar desondanks vergelijkt hij dit in zijn verklaring met de ontzegging van medische zorg. Dat is een boodschap die voor ons niet te steunen valt. Bepaalde passages van het rapport zelf zijn bovendien gevoelig of voor interpretatie vatbaar. De focus en de toon van het rapport zijn te zeer gericht op de zeer restrictieve situatie in bepaalde lidstaten waardoor sommige passages verkeerdelijk geïnterpreteerd kunnen worden vanuit een Belgische context.

Daarom hebben we aparte stemmingen aangevraagd in de tekst over deze gevoelige passages zoals die over abortus en de gewetensclausule om ons CD&V-standpunt duidelijk te maken. Wij hebben dit ook aangevraagd voor de artikelen waarin zaken zo manier verwoord zijn, dat wij als CD&V ideologisch andere accenten leggen. Bijvoorbeeld waar men beperkte wettelijke termijnen als belemmering ziet, waar men niet-medisch verantwoorde bedenktijden in vraag stelt, waar men abortus wil decriminaliseren (wij willen niet depenaliseren, en willen een link met het strafrecht behouden) en waar men het weigeren van abortuszorg omwille van religieuze redenen betreurt.

Onze lijn is duidelijk: voor CD&V is leven kostbaar en we springen er dan ook zorgvuldig mee om. Abortus is geen mensenrecht, de link met het strafrecht moet behouden blijven en er moet steeds een goed evenwicht zijn tussen de beschermwaardigheid van het ongeboren leven en het zelfbeschikkingsrecht van de vrouw. We willen vrouwen niet culpabiliseren en er moet een legale toegang tot abortus mogelijk zijn. Zoals het CD&V-kerstmanifest het verwoordt: “En vrouwen kunnen kiezen hun zwangerschap te beëindigen als die pril en voor hen zonder perspectief is. Maar na de prilheid moet de keuze gaan naar het kwetsbare ongeboren leven.”

We zijn dus geen voorstander van versoepelingen van de Belgische wetgeving: de gewetensclausule moet blijven bestaan voor individuen en voor instellingen en niemand mag verplicht worden tegen zijn wil aan abortus mee te werken. Dit is de lijn die we blijven aanhouden.

De EVP heeft uiteindelijk beslist een eigen resolutie in te dienen over seksuele en reproductieve gezondheid en rechten in de EU. Die resolutie benadrukt het belang van een betere toegang tot seksuele en reproductieve gezondheid en van een sterkere strijd tegen discriminatie en gender gerelateerd geweld, maar stelt ook duidelijk dat abortus een nationale bevoegdheid is en ondersteunt de gewetensclausule op een positieve manier. Daarom steunen we de EVP-resolutie en onthouden we ons op het MATIC-rapport.

Meest gelezen
© 2024 Cindy Franssen